Zien wij de computer als een rekenmachine, wat het uiteindelijk ook is, dan komen wij
bij de eerste hulpmiddelen uit de mens gebruikte. Eerst waren het stenen dan stokjes
en knopen in een touw, maar uiteindelijk werd het een instrument,
de Abacus. De Abacus van ongeveer 2000 voor Christus, is een vernuftige constructie
van kralen op houten staafjes, een telraam. Alle baby’s hebben er een aan de box, maar
geen een peuter telt er mee. De Chinezen Grieken, Russen en de Arabieren gebruikten hem
al lang voordat in de 15e eeuw een Franse krijgsgevangene het instrument uit Russische
gevangenschap mee naar Europa nam. |
|
De Duitser Gutenberg zette in 1456 de eerste stappen naar de automatisering van de
drukkunst door de uitvinding van zijn drukmachine en de publicatie van het eerste
gedrukte exemplaar van de bijbel. |
|
Op het gebied van her rekenwerk kwam de Duitser Wilhelm Schickard ,
van huis uit astronoom en wiskundige, in 1623 met een zo als hij het
noemde rekenklok. Het apparaat kon optellen vermenigvulderen delen aftrekken
en kon de uitkomsten ook
nog tussentijds bewaren. De eerste mechanische rekenmachine met memoriefuncties dus. |
|
De veel
bekendere Fransman Blaise Pascal, wiens naam voor de programmeertaal pascal wordt gebruikt,
bouwt bijna twintig jaar later namelijk in 1641, voor zijn vader die voor de franse
belastingsdienst werkte, een rekenapparaat dat kon optellen en aftrekken. |
|
Jaren later
pakt de Duitser Gottfriet Wilhelm Leibnits het ontwerp van Pascal op en maakt er een binaire
rekenmachine van door gebruik te maken van logaritmen. Leibnits, was een van de weinige hombre
universales, wat wil zeggen dat hij bijzonder begaafd was. Deze uitvinder was van huis uit
theoloog diep gelovig en baseerde zijn binaire rekenkunde op zijn inzicht dat naast
God niets was. Naast licht is donker en naast de een is de nul. Alles was volgens het
terug te brengen naar deze wetmatigheid. Feit is dat deze
natuurwetenschapper, Philosoph, Historicus, Medicus en politicus de basis legde
voor het binaire rekensysteem. |
|
In 1808 presterend de Fransman Joseph Marie Jacquard, een programmeerbare weefmachine
te bouwen. Het weefpatroon was in ponskaarten vastgelegd. Een knap stuk industriële
automatisering en de eerste toepassing van ponskaarten. |
|
De eerste rekenmachine die de uitkomst kon afrukken op koperplaten was de
Diference Engine van de Engelse wiskundige Charles Babbage. Deze rekenmachine
was puur voor navigatie berekeningen op zee bedoelt. De machine kon allen optellen
en aftrekken. Na de Diferece Engine ontwierp Babbage de Analytical Engine een rekenmachine die uit vier delen bestond. Een invoereenheid, een geheugeneenheid, een rekeneenheid en een uitvoereenheid. De invoereenheid was een ponskaartlezer. Het rekengedeelte kon alle basisberekeningen uitvoeren. |
|
De bedoeling was om de berekeningen aanhand van een programma
op de ponskaarten uit te voeren. Daarvoor was een programma nodig. Om deze klus te klaren
trok hij Ada Countes Lovelace aan om de programma’s te ontwerpen. De eerste programmeuse
was een feit. De programmeertaal Ada ontleent hier zijn naam aan. Het idee was revolutionair
de uitvoer echter gehinderd door mechanische onvolkomenheden onmogelijk. |
|
In 1890 lukt het Herman Hollerith, de zoon van Duitse emigranten, op basis van
ponskaarten een registratie systeem te bouwen. Hij noemt het systeem het
Electric Tabulating System
Het systeem wordt in 1900 door de Amerikaanse overheid gebruikt om een volkstelling
door te voeren. Herman Hollerith heeft inmiddels de TMC Tabulating Machine Corporation
opgericht. De machines van hem werden de Hollerith machines genoemd. De
kantoorautomatisering is begonnen. Later zal het bedrijf de naam veranderen in IBM. |
|
De ENIGMA wordt in 1918 door de Duitse Ingenieur Arthur Scheribus ontwikkelt en
verkocht aan bedrijven en instellingen. In 1926 koopt de Duitse Wehrmacht het apparaat
en vraagt om aanpassingen en uitbreidingen om de code veiliger te maken. |
|
In 1934 begint de Duitse ingenieur Konrad Zuse aan de bouw van de eerste
vrij programmeerbare binaire computer. Het apparaat wat later Z1 werd genoemd werkte
volledig mechanisch en was oparationeel in 1936. Tijden een van de bombardementen op Berlijn is de machine echter verloren gegaan. |
|
Een replica van de Z1 is werkend en wel
in het techniek museum van Berlijn te bezichtigen. Op de foto onder ziet u Horst Zuse,
de zoon van Konrad Zuse de werking van de Z1 uitleggen aan een schoolklas.
De eerste generatie van mechanische rekenmachines vind hier in het prototype Z1 zijn
hoogte en is tevens het eindpunt.
| |